Zondagmiddag 17 februari om 14 uur in De Poel houden we de eerste van een drietal geschiedenismiddagen over de historie van Netersel. Telkens met een ander thema. Dit keer “Kerk en Hoeve”.
Ria Berkvens, regioarcheoloog, komt aan de hand van de archeologische onderzoeken in de regio iets vertellen over de bewoningsgeschiedenis van Netersel en omstreken. Zij zal het ontstaan van Netersel toelichten. De eerste vermelding van Netersel in 1219. De opgravingen van het Stenen Huijs uit de jaren 1920 aan de Grote Hoeve. Dat Villa Pladella op een heel andere plaats ligt dan we altijd hebben gedacht. En natuurlijk de eerste resultaten van de opgravingen aan De Hoeve bij Hems vorig jaar. Kortom zij geeft ons een kijkje in het dagelijks leven van de mensen die in Netersel en omstreken in een ver verleden woonden en hoe ze het landschap gebruikten en inrichten.
De Kempen staan van oudsher bekend als arme zandgronden waar het boerenbestaan zwaar was en dat vooral bestond uit heide, eikenbos, vennen en veengebieden. Dat de bewoning van dit gebied al tot ver in de prehistorie teruggaat, en dat dat lang niet altijd armzalig was, is bij de meeste mensen niet bekend. De afgelopen decennia zijn in de Kempen veel bijzondere vondsten gedaan, waaronder jachtkampen uit de Steentijd, bronzen bijlen in de Beerze, grafheuvels uit de late prehistorie, een heuse Kabouterberg bij de enige Romeinse villa van Noord-Brabant en de verplaatste en veelal vergeten dorpen uit de middeleeuwen. Door middel van die vondsten is de kennis over het verleden van Zuidoost- Brabant toegenomen. Uit het onderzoek is duidelijk geworden, dat de bewoners van het gebied in het verleden niet altijd op dezelfde manier omgingen met de natuur om hen heen. De rondtrekkende jagers en verzamelaars voegden zich nog naar de natuur. Maar na de introductie van de landbouw gingen de bewoners het landschap naar hun handzetten. Boeren kapten bossen voor de aanleg van akkers, waardoor heidevelden ontstonden. Door het plaggen van de heide voor de mestproductie in de potstallen kwamen er in onze regio stuifzandruggen. Wat we tegenwoordig natuur noemen is in feite een door onze voorouders gemaakt cultuurlandschap. In de 14de en 15de eeuw kende de Kempen een tijd van duurzame welvaart: de zogenaamde Vlaams-Brabantse Gouden Eeuw. In die tijd werd in Netersel woeste grond ontgonnen, werden er nieuwe hoeven gesticht en er werd een stenen kerk gebouwd.